donderdag 29 juli 2004

Ora et labora (I)

In Nederland bieden niet alle werkgevers hun islamitische werknemers de gelegenheid om tijdens werktijd de salaat te verrichten. Natuurlijk kun je een gebed die je in werktijd niet kan doen later inhalen. Dat staat buiten kijf. Fijn echter dat er werkgevers zijn die bij aanvang van de werkzaamheden van een werknemer hem of haar aangeven dat er de mogelijkheid is om, in pauzes uiteraard, een gebed te doen.

Flashback. Het is mei 2000 en ik begin mijn baan als callcentermedewerker bij een internationaal outsourcing bedrijf te Apeldoorn. Tijdens de voorafgaande sollicitatiegesprekken heb ik niet aangegeven dat ik een praktizerend moslim ben, dit in de veronderstelling dat dat er voor de werkgever niet toe doet. Aangenaam verrast ben ik daarom wanneer mijn directe chef, een Fransman en geen moslim, zijn excuses aanbiedt wanneer voor hem blijkt dat ik mij hou aan de vijf gebeden per dag (salaat). “Had het me verteld, dan had ik je kunnen vertellen dat wij praktizerende moslims de gelegenheid geven om hun gebeden te verrichten in de archiefruimte. Die ruimte hoorde vroeger bij een sportruimte, dus je kunt er zelfs de rituele wassing doen vóór het bidden.”

Natuurlijk hangt het van de seizoenen af of er veel of weinig gebeden in werktijd gedaan worden. In de zomer zijn de dagen lang, in de winter kort. De gebedstijden zij als volgt: aan het begin van de ochtendschemering, in het begin van de middag, in de loop van de middag, bij het begin van de avondschemering en zo’n anderhalf á twee uur later het nachtgebed. Voor de exacte tijden heb je dan natuurlijk een tijdenlijstje. In de zomer wanneer de dagen lang zijn, zie je dat die tijden dan veel verder uit elkaar liggen dan in de winter wanneer er soms drie gebeden in werktijd vallen. Kijk maar eens naar de avondschemering: die valt eind december al rond half vijf ‘s middags(!) wintertijd, maar vandaag bijvoorbeeld even na half tien ‘s avonds zomertijd. Als callcentermedewerker had ik veel verplichte kleine pauzes (ik mocht niet meer dan twee uur of daaromtrent achter mijn computerscherm zitten). Ik had de luxe dat ik af en toe met mijn middagpauze of kleine pauzes kon schuiven om ze samen te laten vallen met de begintijden van verplichte gebeden. Alhamdulillah!

Flashback. Het is februari 2001. Het bedrijf is zojuist verhuisd naar een bedrijventerrein aan de rand van Apeldoorn. Vele kantoorruimtes zijn nog leeg; één ervan staat dan tot mijn beschikking om het gebed te doen. Zo kan het gebeuren dat er een groepje mensen binnen komt om hun toekomstige werkplek te bekijken terwijl ondergetekende op zijn gebedskleed het gebed verricht. Na enige tijd waren alle kantoorruimtes in gebruik door personeel. Nog geen probleem voor mij en mijn werkgever. Ik kreeg van een assistent van de chef de sleutel van een ruimte (zonder inkijk) die voorlopig zeker niet in gebruik zou worden genomen. Waar ik mijn gebedskleed gewoon gedurende de gehele werkdag kon laten liggen.

Broeders en zusters in islam: werkgevers zoals boven beschreven vind je maar weinig. Laten we wel wezen: werkgevers zijn niet verplicht om ons ruimte ter beschikking te stellen voor het verrichten van de salaat. Maar is er dan een werkgever zo vriendelijk om te denken aan de religieuze verplichtingen van zijn moslimpersoneel, heb dan respect voor hem, want zo zijn er niet veel! Hij geeft je de mogelijkheid om de salaat daadwerkelijk te laten integreren in je dagelijks leven. Dat stimuleert en motiveert, zodat je veel voor het bedrijf over hebt. Op die manier kunnen beide kanten (werkgever en werknemer) er alleen maar beter van worden: een typisch voorbeeld van een win-win situatie. Alhamdulillah.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Zeg 't maar

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.