vrijdag 2 maart 2007

Yaay Booy dem na – Tour de Tëngeej

MATER FAMILIAS ‘Yaay’ betekent ‘moeder’ in het Wolof. ‘Booy’ is een toevoeging die affectie aanduidt. ‘Moedertje’ of ‘Moedertje Lief’ is Kiné Niang, dit Yaay Booy, voor iedereen. Een echte mater familias, zeker na het overlijden van de pater familias, El Hadji Maguette Birama Sarr. Yaay Booy is een echte Meer die thuis in Tëngeej (de Wolof benaming voor Rufisque, een stad nabij Dakar) bij de grootfamilie wordt gerespecteerd. En voor mijn gevoel ìs ze nog steeds de mater familias, daarom schrijf ik dit stukje alleen in tegenwoordige tijd (waar nodig voltooid tegenwoordige tijd).

YAAY BOOY’S RECHTERHAND Aïda, een kleindochter van Yaay Booy, is al jaren haar rechterhand. Ze begeleidt haar zelfs naar de markt, zeker bij het slechter worden van Yaay Booy’s gezichtsvermogen.
Een operatie aan de ogen is gepland maar wordt om voor mij onbekende redenen telkens uitgesteld. Verliest ze de moed? Uiteraard niet, mash’Allah, want daar heet ze immers Yaay Booy voor, moed-er. Voor de periode ná de operatie koopt ze bijzondere stoffen en kleding, waarbij ze continu aan Aïda vraagt naar de kwaliteit, de kleuren en de opdruk.

"Aïda, meid, wanneer mijn ogen incha Allah weer in orde zijn, gaan we samen een Tour de Tëngeej doen. Gekleed in mooie kleuren."

HEMELS KARWEI Maar Allah heeft een ander plan. Kortgeleden op de ngente (baptème, doopfeest) van haar nieuwste kleinkind wordt ze ziek (de vader van het kleinkind is ‘Zorro’, wat staat voor Mansour, hij is haar jongste kind, Yaay Booy’s caat). Ze wordt opgenomen in een kliniek te Rufisque. Een paar dagen later gaat ze achteruit en Zorro begeleid haar in de ambulance naar Hôpital Principal te Dakar. Na enkele dagen intensieve zorg gaat het beter. Wat is Aïda blij! Maar desgevraagd laat ze weten Yaay Booy niet te willen opzoeken.

"Incha Allah komt ze snel thuis. Dan is het niet leuk als ze haar nieuwe stoffen en dito kleding verkreukeld aantreft. Al kan ze ze niet goed zien… Ik ga het allemaal strijken en met cuuraay [wierook] geuren."

Aïda pakt een strijkbout, vult het met gloeiend houtskool, bedekt het eerste stuk stof met een beschermende doek en begint met een hemels karwei. Tijdens het strijken wordt ze gebeld. Haar wordt verteld dat Yaay Booy is overleden. Met pijn en moeite voltooid ze de arbeid.

YAAY BOOY’S RECHTERHAND TOT IN DE DOOD Aïda is de rechterhand van haar grootmoeder tot in de dood. Wanneer Ndoya belt om haar opgebaarde moeder toe te kunnen spreken, is het Aida die haar GSM bij een oor van Yaay Booy houdt zie mijn bijdrage over Yaay Booy van eergisteren. En die Tour de Tëngeej dan? In geuren en kleuren?

TOUR DE (TËN)GEEJ Op de dag van de begrafenis stopt er een busje voor de buurtmoskee van de wijk Thiokho, gelegen aan de rue Ousmane Socé Diop. In een aparte ruimte van deze moskee ligt Yaay Booy opgebaard op een soort ‘brancard’. Omwikkeld met de traditionele witte doeken waarin ze ook begraven zal worden. Yaay Booy wordt het busje in gebracht waar ze haar in het midden leggen. Aan weerszijden zijn stoeltjes waarop haar kleinkinderen plaatsnemen. In een hoekje van het Enkele Reis busje (zo worden ze daar genoemd: Bus ‘Voyage Sans Retour’) liggen netjes opgevouwd de door Yaay Booy in de loop der tijd gekochte stoffen en kleding. De kleinkinderen bedekken haar ermee en zo maakt Moedertje Lief de door haar zo verlangde Tour de Tëngeej. Maar sans retour. En geen brutale apprenti die als in een car rapide je toeschreeuwt "Fo jëm?" "Waar ga je heen?" Nee, de bestemming ligt vast: de begraafplaats in de wijk Diokoul. Direct gelegen naast de geej (het strand), de graven bedekt met schelpen:

graven worden aangeduid met simpele ‘naambordjes’,
op de foto het bordje van Birama, de man van Yaay Booy

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Zeg 't maar

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.